Jantje woont al jaren samen met Truus en ze delen een huishouding. Op enig moment besluiten ze uit elkaar te gaan en zegt Truus, die hoofdhuurder is, de huur op bij de verhuurder. Jantje is het daar niet mee eens en stelt vervolgen dat hij ook na datum opzegging van Truus recht heeft om in de woning te blijven wonen, omdat hij daar al jaren woonachtig is geweest. Hij beroept zich op contractuele medehuur.
Wat Jantje daarbij echter vergeet is het feit dat het aan hem was om hangende de huur van Truus een verzoek aan de verhuurder te doen om contractuele medehuurder te mogen worden. Dat verzoek kan in dit stadium niet meer worden gedaan aan de verhuurder, omdat een van de voorwaarden om contractuele medehuurder te kunnen worden luidt dat het verzoek niet tot doel moet hebben om zelf hoofdhuurder te worden. Hier is in dit voorbeeld wel aantoonbaar sprake van.
Indien u contractuele medehuurder wenst te worden gaan we graag voor u na of u voldoet aan de voorwaarden en kunnen wij u helpen met een dergelijk verzoek aan de verhuurder. Stemt hij niet in met uw verzoek dan kunnen wij samen met u binnen drie maanden nadien naar de kantonrechter om hem over uw verzoek te laten beslissen.
Bent u verhuurder en heeft u te maken met iemand die niet op de huurovereenkomst staat maar wel meent enig huurrecht te hebben dan bent u uiteraard net zo welkom op ons kantoor en kunt u ons altijd inhuren.